Diep onder de grond en terug in de tijd - Reisverslag uit Potosí, Bolivia van Bernard Rianne - WaarBenJij.nu Diep onder de grond en terug in de tijd - Reisverslag uit Potosí, Bolivia van Bernard Rianne - WaarBenJij.nu

Diep onder de grond en terug in de tijd

Blijf op de hoogte en volg Bernard

14 Juli 2015 | Bolivia, Potosí

We hadden verwacht dat het aan het einde van de reis warmer zouden krijgen. Helaas blijkt de ligging dichterbij de evenaar teniet gedaan te worden door de grote hoogte waarop een groot deel van Bolivia ligt. Ons hotel in Uyuni (goedkoper dan een hostel) is heel koud, met zijn enkel glas en gebrek aan verwarming. We smeren 's ochtends met bevroren vingers onze broodjes. Enkel glas en geen verwarming zijn trouwens kenmerkend voor Zuid-Amerika. We komen zelden verwarming tegen en nooit dubbel glas.

Na één nacht Uyuni gaan we door naar Potosi. Een mooie koloniale stad die rijk is geworden door de zilvermijn. Nu nog steeds werken er mensen onder de grond, maar er is minder zilver dan vroeger. Het is mogelijk om de nog werkende mijn te bezoeken. We twijfelen even of we dit willen, omdat we geen ramptoeristen willen zijn. We kiezen uiteindelijk een tourbedrijf dat is opgezet door ex-mijnwerkers, omdat deze organisatie ook nog wat bijdraagt aan de mijnwerkersfamilies.

Voordat we de mijn ingaan, bezoeken we de mijnersmarkt waar je voor minder dan drie euro staven dynamiet kan kopen. Dit lijkt ons iets te riskant, dus kopen we coca-bladeren en een soort drop als cadeau voor de mijnwerkers. Deze mannen (vrouwen werken niet in deze mijn) stoppen namelijk een stuk of honderd blaadjes per keer in hun wang om alert te blijven. Het helpt ook tegen hoogteziekte. Om het effect te versterken doen ze er ook nog een heel klein stukje drop bij. Het is belangrijk om alert te blijven in de mijn, want het is gevaarlijk werk.

Het is spannend om de mijn in te gaan. Onze gids loopt gebukt en tegelijkertijd half rennend door de schachten. Het is moeilijk om hem bij te houden. Af en toe moeten we ons tegen de zijkant van de smalle gang drukken, omdat er iemand met een kar vol grondstoffen op hoog tempo langs komt rennen. Hoe verder we in de mijn komen hoe benauwder het wordt. Wanneer het te stoffig is moeten we een doek voor onze mond binden, wat het ademen, dat al zwaar gaat, nog meer bemoeilijkt. Om onze cadeaus aan de mijnwerkers te kunnen geven, moeten we naar de plekken toe waar zij werken. We kruipen door heel nauwe gangen en proberen niet te denken aan wat er allemaal mis kan gaan. De steunbalken zijn op sommige plekken doorgebroken en op andere stukken zijn de plafonds en muren bedekt met giftige stoffen die we niet aan moeten aanraken. Aan het eind van de tocht bezoeken we de Tio. Dit is een soort duivel, die je als je genoeg coca-bladeren, sterke drank (96%!) en sigaretten offert, beloont met een goede ader zilver. Alle mijnwerkers zijn boven de grond katholiek, maar onder de grond is de Tio de baas.

De volgende dag doen we wat rustiger aan en gaan met een groepje naar het Ojo del Inca: een kratermeer. Het water is warm en soms worden we opgeschrikt door belletjes die uit de diepte van de krater omhoog borrelen. Het is moeilijk voor te stellen dat het meer zo'n 50 meter diep is.

Na Potosi bezoeken we een andere koloniale stad: het witte Sucre. Vanaf een plein vlak boven ons hostel hebben we een prachtig uitzicht over de stad. Wanneer we vervolgens wat rondlopen en op goed geluk het grootste regeringsgebouw instappen, zegt een werkneemster dat we helemaal naar boven mogen in het gebouw. Niet veel later kijken we vanaf een van de vleugels naar beneden. Als we naar de andere vleugel lopen zien we een ijzeren wenteltrap die ons op een nog hoger punt brengt. Na een spannende klim, staan we naast een vlag op het topje van het gebouw op een stalen platform. Vanaf hier kunnen we goed het historische centrum met vele, witte koloniale gebouwen zien. Het uitzicht is goed, maar heel stabiel voelt het niet, dus we blijven niet lang.

De volgende dagen beginnen we met een fruitontbijt op de markt, voordat we de stad of de omgeving verkennen. Vlakbij Sucre zijn voetsporen van dinosaurussen gevonden door een cementbedrijf. Alleen 's ochtends (waarschijnlijk tijdens de lunchpauze van het bedrijf) gaan er tours om de sporen te bekijken. De voetsporen bevinden zicht op een steile rotsmuur. Dit lijkt onlogisch, maar miljoenen jaren geleden was dit gebied nog plat. Het is heel indrukwekkend om de enorme voetstappen van 4 verschillende soorten dino's te zien. Om de vinding aantrekkelijker te maken is er een dinopark bij gebouwd. Daar staan o.a. een aantal van de dinosaurussen op ware grote nagemaakt, waarvan we net de sporen hebben gezien.

N.B. Ook van een paar vorige blogs hebben we nu foto's toegevoegd!

  • 15 Juli 2015 - 14:17

    Tessa:

    Rianne en Bernard!

    Nu pas begonnen met het lezen van jullie blog, maar ze gelijk maar allemaal gelezen. Wat een vette dingen hebben jullie gedaan. Soms heel herkenbaar maar allemaal even jaloersmakend! geniet van jullie laatste stukje van de reis.

    Groetjes Tessa

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Bolivia, Potosí

Bernard

Actief sinds 31 Maart 2015
Verslag gelezen: 231
Totaal aantal bezoekers 9287

Voorgaande reizen:

01 April 2015 - 01 Augustus 2015

Zuid-Amerika

Landen bezocht: